Een platteland in verandering
Ongeveer één op de vijf Vlamingen woont vandaag op het platteland. Het Plattelandsrapport (2024) definieert een plattelandsgemeente als een gemeente met een lage bevolkingsdichtheid (max. 350 inwoners/km²) én beperkte ruimte-inname door menselijke activiteit (max. 30%). Op basis daarvan telt Vlaanderen 140 plattelandsgemeenten, 147 verstedelijkte gemeenten en 13 centrumsteden.
Wonen in een groene en rustige omgeving heeft onmiskenbaar zijn charme, maar de keerzijde wordt steeds duidelijker: openbaar vervoer en andere publieke dienstverlening verdwijnen, cafés en buurtwinkels sluiten de deuren, en ook ontmoetingsplekken zoals parochiezalen en dorpshuizen staan onder druk.
Het vervoersplan van De Lijn (2024), dat inzet op ‘basisbereikbaarheid’, zorgde bijvoorbeeld voor de schrapping van ruim 3.000 bushaltes in Vlaanderen. Vooral plattelandsgemeenten werden hierdoor getroffen.
Minder winkels, minder cafés, minder plekken om samen te komen
De voorbije 15 jaar nam het aantal kleinhandelspanden gestaag af, met de grootste daling in de plattelandsgemeenten. Grote winkelcomplexen aan stadsranden trekken winkels weg uit de dorps- én stadskernen, waar nu meer dan dubbel zoveel handelspanden leegstaan als 20 jaar geleden. Ook het aantal cafés kromp in tien jaar tijd met een derde.
Daarnaast ondervindt het lokale verenigingsleven steeds meer druk. Uit een eigen bevraging bij 750 vrijwilligers blijkt dat 38% moeilijk een geschikte vergaderplaats vindt, en dat 42% problemen ervaart bij het vinden van betaalbare opslagruimte. Beschikbare ruimtes worden schaarser, duurder en gaan gepaard met meer administratie en verplichtingen.
Hoe komt dat?
Deze evolutie heeft vele oorzaken. Na de Tweede Wereldoorlog leidde een groeiend gemiddeld inkomen tot stads- en dorpsvlucht: meer mensen gingen verspreid wonen en beschikten over een auto. Tegelijkertijd werd de lokale economie steeds sterker gekoppeld aan de globale markt.
Gezinnen met twee werkenden hebben minder tijd voor verschillende winkelbezoeken; de supermarkt en online shopping maken buurtwinkels minder noodzakelijk en minder rendabel.
Ook het sociale leven veranderde: het wordt minder buurtgericht, is vaker individueel en vrijwillig engagement gebeurt minder langdurig en niet meer uitsluitend onder de kerktoren.
Gevoel van verlies
Voor het middenveld is dit een zorgwekkende evolutie. De leegloop van voorzieningen en ontmoetingsplekken voedt bij veel mensen een gevoel van verlies. Dat kan leiden tot wantrouwen tegenover politiek, het zoeken naar zondebokken (vaak nieuwkomers), het gevoel dat er niet geluisterd wordt, toenemende eenzaamheid, vervoersarmoede … waardoor mensen letterlijk vast komen te zitten in hun dorp.
Inspirerende voorbeelden
Gelukkig bestaan er ook hoopvolle initiatieven die deze negatieve spiraal doorbreken. Tijdens de vorming passeerden voorbeelden uit binnen- en buitenland, zoals DORV in Duitsland en het Franse project ‘1000 cafés: faire revivre les cafés dans les villages’.
Ook beweging.net zet zelf vernieuwende stappen, onder meer via Vast-Goed (www.vast-goed.net). Dit model stelt leegstaande panden open voor buurtprofessionals en vrijwilligers. Medewerkers van beweging.net begeleiden het gedeeld gebruik, beheer en de samenwerking tussen verschillende partners. Zo ontstaan nieuwe ‘derde plekken’ voor en door de buurt.
Dorpspunten: een Westhoekse innovatie
In de Westhoek werd de voorbije jaren een bijzonder innovatief concept ontwikkeld: de Dorpspunten. Ze bieden een antwoord op de leegloop van landelijke dorpen, waar bakkers, slagers, buurtwinkels én cafés verdwenen.
Een Dorpspunt is een fysieke plek waar mensen elkaar ontmoeten en kunnen deelnemen aan activiteiten. In de voormiddag wordt de ontmoeting bevorderd door versgemaakte soep, in de namiddag door versgebakken taart. Het is een korte keten buurtwinkel met producten van leveranciers uit de buurt, soms rechtstreeks van het veld. Het Dorpspunt verleent ook diensten zoals glasophaling en thuislevering.
Opvallend is de rol van de spilfiguren: personen met een verstandelijke beperking, ondersteund door De Lovie vzw, die samen met begeleiders en vrijwilligers het Dorpspunt uitbaten.
De Lovie speelt dan ook een cruciale rol in de uitbouw van Dorpspunten in de Westhoek. Na het eerste Dorpspunt in Beveren aan de IJzer (2017), opende in december 2023 het zesde Dorpspunt in Dranouter: ‘Dorpspunt Nouter’, naast Krombeke, Pervijze, Stavele en Zandvoorde.
Ook geïnteresseerd om deze vorming te organiseren met jouw bewegingspunt? Contacteer de stafmedewerker maatschappelijke innovatie van jouw regio!


