De onbereikbare woondroom
Wie op zoek is naar een stek, stoot op steeds maar hogere prijzen voor zowel huur- als koophuizen en -appartementen. Nochtans is goed en betaalbaar wonen een basisrecht. En een van de belangrijkste manieren om armoede te voorkomen. Zonder een thuis vind je moeilijk een job, is het moeilijk om sociale contacten te onderhouden, te integreren of gezond te blijven.
Tekst: An-Sofie Bessemans
Illustratie: Rutger Van Parys
De Woonzaak bond begin oktober de kat de bel aan. 38 sociale organisaties, waaronder Welzijnszorg, Netwerk tegen Armoede, beweging.net en ACV, trekken naar het Europees Comité voor Sociale Rechten tegen het Vlaams woonbeleid. Meer dan 155 000 gezinnen staan volgens hen op de wachtlijst voor een sociale woning, 47 procent van de private huurwoningen blijkt van ontoereikende kwaliteit en 52 procent van de private huurders spenderen meer dan een derde van het inkomen aan huur.
‘Sociale huisvesting heeft effectiviteit al lang bewezen’
Sien Winters, coördinator van het Steunpunt Wonen en onderzoeksleider aan het HIVA, benadrukt dat er een veelheid aan oplossingen nodig is om het recht op wonen voor iedereen — een doelstelling van de Vlaamse regering — te realiseren: ‘Het grootste probleem zit op de huurmarkt, waar veel mensen met onvoldoende eigen inbreng voor de aankoop van een woning of een laag inkomen geen betaalbare, kwalitatieve woonst vinden. Zeker gezinnen met kinderen, voor wie ook buitenruimte belangrijk is, vinden op de huurmarkt moeilijk een geschikte thuis. Zonder de tussenkomst van de overheid zijn ze genoodzaakt om iets van ondermaatse kwaliteit te huren, met risico’s voor hun gezondheid en veiligheid erbovenop. Nochtans heeft sociale huisvesting zijn effectiviteit al lang bewezen.’
4,5 miljard
Het is niet dat er geen middelen zijn. Vlaams volksvertegenwoordiger Vera Jans (CD&V) stelt dat de Vlaamse regering nooit eerder zoveel middelen vrijmaakte voor de bouw en renovatie van sociale woningen (4,5 miljard euro): ‘Samen met de sociale huisvestingssector en de lokale besturen moeten we zorgen dat dit omgezet wordt in concrete bouw- en verbouwprojecten.’
Maar volgens Carien Neven, voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen, de koepelorganisatie van de sociale huisvestingsmaatschappijen die in Vlaanderen sociale woningen verhuren, is dat niet zo eenvoudig: ‘Veel projecten eindigen in de prullenmand omdat buurtbewoners zich verzetten. De politiek moet pleiten voor sociale woningbouw, niet onterechte vooroordelen aanwakkeren.’
‘Veel projecten eindigen in de prullenmand omdat buurtbewoners zich verzetten.’ – Carien Neven, Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen
Naast de nood aan méér woningen wijst Neven ook op het belang van kwalitatieve, duurzame woningen. ‘Woonmaatschappijen zitten vaak met verouderd patrimonium. Tegen 2050 moeten alle woningen energieneutraal zijn. Daarvoor is het nodig dat minister van Wonen Matthias Diependaele (N-VA) en de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen het mogelijk maken om renovatieprojecten goed te keuren waarbij we sneller aan energierenovatie doen. Alle oudere woningen afbreken en vervangen door nieuwbouw, duurt langer en is duurder.’
Aanbod betaalbare woningen uitbreiden
Ook adviseur woonbeleid Eddy Van den Eede van beweging.net vindt dat het beleid moet sturen: ‘Naast meer sociale huurwoningen bouwen en private huurwoningen aanbieden via de sociale verhuurkantoren moet ook het aanbod bescheiden huurwoningen worden uitgebreid. Zo kunnen gezinnen die niet beantwoorden aan de sociale criteria, en niet of niet onmiddellijk kunnen kopen, toch een kwalitatieve betaalbare woning vinden. En waarom ook niet met de beschikbare middelen aankopen, zoals de Arsenaalsite in Gent? Ook Community Land Trust-initiatieven die grondgebruik van grondbezit scheiden of woongroepen zoals de vzw Samenhuizen en de wooncoöperatie Wooncoop.be kunnen een alternatief bieden.’
Dit artikel verscheen in Visie van 21 oktober 2021.