Schoolboeken en allerlei materiaal worden aangekocht. Huurprijzen voor laptops verhogen. Abonnementen voor het openbaar vervoer worden vernieuwd. Zo stapelen de kosten zich op.
Moet er een maximumfactuur komen in het secundair onderwijs?
Resultaten
Uit onze bevraging blijkt dat de overgrote meerderheid voor een maximumfactuur in het secundair onderwijs is. Gemiddeld geven de bevraagden tussen de € 500 en € 750 uit bij de start van het schooljaar. Boeken nemen een grote hap uit het budget. Vooral invulboeken zijn dure kosten. Als valabel alternatief opperen de ouders vaak huurboeken en online materiaal. Al merkt men hier op dat voor online materiaal wel een laptop nodig is, die ook geld kost.
Dat niet iedere studierichting even duur is, is ook een belangrijke nuance die mee moet genomen worden bij het opstellen van een maximumfactuur. Zo vereisen bepaalde studiekeuzes duurder materiaal, bv. keukenmessen bij een koksopleiding. Dit maakt dat er goed moet nagedacht worden bij het opstelling van een maximumfactuur. Maakt men een onderscheid in bedrag per richting of kiest men naar één bedrag voor alle richtingen?
Het belangrijkste en meest gebruikte argument voor een maximumfactuur in het secundair onderwijs is het feit dat dit de ongelijkheid in onderwijskansen tegen kan gaan. Educatie is namelijk één van de belangrijkste determinanten om mensen uit (kans-)armoede te halen. Ook de duidelijkheid van bij de start van het schooljaar over de kostprijs maakt het ouders makkelijker om hun jaarbudget in te plannen.