Waarom vindt beweging.net het belangrijk om mensen te betrekken bij het beleid?
Lies: Beweging.net is een atypische middenveldorganisatie in haar relatie tot de politiek. In plaats van advies te geven vanaf de zijlijn, kiezen we ervoor om nauw samen te werken met de politiek, om bestuursmandaten op te nemen in instellingen en te participeren aan adviesraden. Het geloof in de democratie staat onder druk en dat prikkelt ons om na te denken over hoe dat komt en wat we eraan kunnen verbeteren. Die ambitie leunt heel dicht aan bij het DNA van beweging.net. Hoe kunnen we mensen en organisaties een stem geven in het politieke debat?
Jasminka: We willen burgers in hun gemeente of stad empoweren om actief te wegen op het beleid en op de sociale en maatschappelijke veranderingen die er vandaag zijn. Maar ook omgekeerd: we willen de politiek warm maken om bewust burgers te betrekken bij beleidsbeslissingen.
Wat was de concrete aanleiding voor dit traject?
Lies: Samen met Johan Vyverman, directeur provinciale werking bij beweging.net, raakte ik geprikkeld door de actualiteit van enkele slecht uitgevoerde burgerbevragingen en de afschaffing van de opkomstplicht. Het gaat niet de goede kant op. Mensen drijven steeds verder weg van de politiek. Vijftig burgers die mee mogen denken in een gelote senaat gaan niet de oplossing brengen. In het traject “Een duurzaam kader voor burgerparticipatie” bekijken we hoe het beter kan.
Jasminka: Zoals bij de meeste trajecten bij beweging.net voert een interne werkgroep het project uit. Johan, Lies, Gaëlle, Tim, Nele, Tomas en ik delen onze expertises en dat maakt het finaal een sterk project. Tomas is de aanvoerder van de werkgroep. Hij houdt het tempo erin.
Jullie ontwikkelden de Eureka-tool. Wat is dat precies?
Jasminka: De Eureka-tool is een verzameling van instrumenten, methodieken en getuigenissen van experten en deelnemers voor burgers, organisaties, lokale besturen,… Het helpt hen bij het opzetten van participatietrajecten of concrete projecten. De verschillende methodieken om met groepen aan de slag te gaan zijn allemaal toegepast of zelfs ontwikkeld tijdens dit project en bieden we nu aan aan het grote publiek via een website.
Adviesraden hebben niet echt een hip imago, waarom vinden jullie ze zo belangrijk?
Lies: “Hipheid” zal de wereld niet redden, goed beleid hopelijk wel. En voor goed beleid zijn adviesraden een noodzakelijke schakel. Er is zeker ruimte om het één en ander te verbeteren en te moderniseren. De meeste adviesraden hebben een wettelijk kader en hebben zo de kans om zelf te kiezen waarover ze advies uitbrengen. Ze hebben de mogelijkheid om een soort controlerende en adviserende factor te zijn voor het beleid. Dat mag je niet onderschatten en niet kwijtraken.
Jasminka: Bovendien bieden ze een minimale garantie op de inbreng van extra expertise bij het beleid. In een interview omschreef Koenraad De Ceuninck het als volgt: “Adviesraden blijven absoluut van belang omdat ze bestaan uit mensen die de gemeente en het beleidsdomein (cultuur, sport, jeugd,…) heel goed kennen. Het zijn jouw lokale specialisten wanneer het over een bepaald thema gaat.” Dat is ook zo op Vlaams en op nationaal vlak. Lies: Weet je, het succes van zo’n raad bepaal je als beleid in grote mate zelf door de erkenning, taken en verantwoordelijkheid die je eraan geeft. Beleidsmakers die liever niet te veel kritische stemmen horen, zullen zich inspannen om met minachting naar deze organen te kijken. We moeten ons als middenveld hoeden om daar niet in mee te gaan.
Nu onderzoeken jullie hoe je de link maakt tussen de adviesraden en burgerbetrokkenheid?
Lies: Er zijn heel wat voorbeelden waar dat effectief werkt. In Brugge bijvoorbeeld, waar er in de armoedeadviesraad gewerkt wordt met een parallelgroep van ervaringsdeskundigen. Maar ook in de SERV werd al een paar keer geëxperimenteerd. We merken dat zowel adviesraden als onderzoekers en beleidsmakers geïnteresseerd zijn in ons traject. Door het verbinden van de expertise van de middenveldspelers met doordacht gekozen verbredende initiatieven denken we dat we misschien tot een bijzonder slagkrachtige mix kunnen komen.
Het lijkt me geen eenvoudig project om uit te rollen?
Lies: Dat is het ook niet. Het vraagt een goede samenwerking met veel actoren en dat is altijd complex.
Jasminka: Tegelijk kijken we daar natuurlijk naar uit. De relevantie van dit traject is groot en belangrijk genoeg om erg gemotiveerd te blijven. Dat merkten we tijdens de gespreksavonden die Tomas begeleidde en mocht ik zelf ook ervaren bij de partners die deelnamen aan het Eureka-project.
Lies: Hetzelfde enthousiasme merk je trouwens ook bij de andere trajecten die rond dit thema werken, zoals Stad24 in Antwerpen. Het belooft een boeiende periode te worden.
Lies De Winter
Algemeen directeur beweging.net en gebeten door burgerparticipatie
“Al mijn hele carrière lang ben ik gebeten door alles rond burgerparticipatie. Zo werkte ik al mee aan de hernieuwing van enkele adviesraden, aan de opstart van verschillende participatieprojecten en schreef ik mee aan publicaties zoals Het burger-ei en It’s the culture stupid. Goed beleid maak je niet alleen, maar door rekening te houden met verschillende belangen en stemmen in de samenleving. De uiteindelijke beslissing ligt natuurlijk wel bij de politiek. Een boeiend evenwicht.”
Jasminka Poppe
Stafmedewerker Maatschappelijke innovatie Roeselare-Tielt en drijvende kracht voor vrijwilligers
“In de periode 2019-2022 was ik projectcoördinator van een Interreg-project Eureka. Beweging.net, Hogeschool VIVES en Groep INTRO uit West-Vlaanderen, CIEP-MOC en Soralia uit Wallonië, La Ligue en EIBS uit Frankrijk werkten samen om goede praktijken in burgerparticipatie te identificeren en te verspreiden. Door de expertise die ik er opbouwde op vlak van participatieve methodieken, ben ik betrokken bij het traject rond democratische vernieuwing.”