Skip to content

Mentaal welzijn komt op de eerste plaats

Voor de pandemie ging de maatschappij ervan uit dat de gemiddelde mens mentaal gezond was en werd het enkel geassocieerd met bepaalde groepen. Vandaag beseffen we allemaal dat een positief welbevinden voor iedereen van belang is. In dit artikel laten we eerst CM-welzijnscoach Lies Vandebriel aan het woord. Daarna volgen interviews en getuigenissen waarbij zowel jongeren, de werkenden en senioren gehoord worden.

Lies Vandebriel: ‘Het is moeilijk om nieuwe plannen te maken of erover te dromen. Voor veel mensen weegt dat enorm zwaar op hun mentaal welzijn.’ (Foto: Mine Dalemans)

‘Het thema ‘mentaal welbevinden’ is duidelijk uit de taboesfeer gehaald tijdens de coronaperiode’, steekt CM-welzijnscoach Lies Vandebriel van wal. Heb je mentale zorgen en wil je professionele hulp zoeken? CM helpt je op pad.

‘Tijdens interactieve workshops en opleidingen kan het gaan over piekeren, veerkracht, digitale stress … Onderwerpen waarvan ik merk dat er momenteel veel nood aan is.’ Lies vertrekt telkens vanuit een theoretisch kader en vult aan met praktische tips en tricks. ‘Ook loopbaanbegeleiding en stress- en burn-outcoaching zijn zaken waar ik me mee bezighoud.’

Bij iedereen
‘Ik vergelijk de mentale draagkracht graag met ‘aan het stuur van je eigen leven zitten’. Zit jij nog altijd aan het stuur, of zit je achteraan? We helpen mensen om terug hun plekje vooraan te claimen.’

‘Voor de pandemie ging de maatschappij ervan uit dat de gemiddelde mens mentaal gezond was en werd het enkel geassocieerd met bepaalde groepen. Vandaag beseffen we allemaal dat een positief welbevinden voor iedereen van belang is. Toch is in deze coronaperiode ons gevoelsleven wat afgevlakt, want alle dagen beginnen op elkaar te lijken’, vertelt de coach.

Delen
‘De voorbije twee jaren leefden we met ons allen in een onduidelijk situatie. Bepaalde vanzelfsprekendheden zijn er niet meer. Het is moeilijk om nieuwe plannen te maken of erover te dromen. Voor veel mensen weegt dat enorm zwaar op hun mentaal welzijn. We missen het om kleine en grote momenten met elkaar te delen.’

‘Aan de hand van coaching en vormingen helpen we mensen om niet weg te vluchten van hun gevoelens. Alle emoties hebben betekenis, ook boosheid en verdriet. Laat ze toe, deel ze met anderen en geef jezelf wat rust. Dat hebben we nodig’, besluit Lies. 

Verdubbeling sinds start corona

‘Het mentaal welzijn van de Limburgse jongeren staat onder druk. Nooit deden meer Limburgse jongeren een beroep op ons, een verdubbeling van het aantal sinds het begin van corona’, vertelt Koen Albregts, coördinator bij JAC Limburg.

De coronacrisis maakt jongeren extra kwetsbaar. Sinds de start in maart 2020 zag JAC Limburg het aantal hulpvragen van jongeren verdubbelen, van 1200 naar 2400. De grote coronabevraging laat zien dat het mentaal welzijn van jongeren tijdens de hele pandemie slechter was dan van iedere andere bevolkingsgroep.

visie koenalbregtsKoen Albregts: ‘Naast jongeren die al kwetsbaar waren, zien we nu ook een groep die pre-corona geen nood aan hulp had.’ (foto: Mine Dalemans)
Koen Albregts: ‘Ze missen hun vrienden en hebben moeite met het thuisonderwijs. Ze zijn angstig, onzeker, hebben minder energie en er is ook meer intrafamiliaal geweld. Meer dan de helft van de kwetsbare jongeren voelt zich niet meer goed in hun vel.’
‘Elk verhaal is anders, maar uit de praktijk leren we dat corona een zware impact op jongeren heeft’, vervolgt Koen. ‘Jongeren die al kwetsbaar waren, zien hun problemen toenemen. Daarnaast zien we ook een groep die pre-corona geen nood aan hulp had. De meest voorkomende vragen gaan over hun zelfbeeld in de ruime zin van het woord, daarna volgen de conflictueuze thuissituaties en de jongeren die het thuis niet meer aankunnen en de vraag stellen naar ondersteuning bij het alleen gaan wonen.’

Praat erover
‘Jongeren mogen beseffen dat het heel normaal is dat ze nu meer gevoelens van stress en spanning ervaren. Het is belangrijk erover te praten en vaak kunnen ze terecht bij vrienden en familie. Maar als het helemaal niet meer lukt, kunnen ze bij ons terecht.’

JAC op maat
Het JAC is niet alleen bereikbaar op locatie, per telefoon of online, de hulpverleners zoeken jongeren ook op in hun leefomgeving. Koen: ‘We zijn hoofdpartner in de 7 Overkophuizen in Limburg, we zijn de afgelopen twee jaar van 8 naar 18 JAC’s gegaan en we hebben een innovatief project in 7 scholen in Limburg, waarbij we met onze laagdrempelige hulpverlening in de leefwereld van de jongeren stappen. Nabijheid en bereikbaarheid is cruciaal om de jongeren te bereiken. In principe zou het goed zijn als elke gemeente zo een plaats kon aanbieden waar jongeren zich veilig voelen, waar ze hun verhaal kunnen doen en met hun vragen aan de slag gegaan wordt. Dat verdienen ze!’

Aandacht voor de mens zelf is weg

‘Ik zag op tijd in dat ik op een burn-out afstevende’, zegt Fatma Aghanif. ‘Ik kon niet goed slapen, was constant vermoeid en mentaal en fysiek uitgeput. Toen mijn kinderen vroegen waarom ik toch altijd zo prikkelbaar was, werd ik wakker geschud.’

Teleurgesteld
Fatma werkte jarenlang in de zorgsector. ‘Ik begon mijn carrière in het UZ in Gent, een droom om te werken. Er was voldoende personeel, de dokters kenden je bij naam, je werd overal bij betrokken. Als personeelslid telde je en maakte je het verschil.’ Na 5 jaar begon de afstand tot haar familie in Limburg door te wegen. Fatma verhuisde en ging dichter bij huis aan de slag. ‘Ik was onmiddellijk teleurgesteld. Je ging van kamer tot kamer, je voerde je opdrachten uit en daarmee was de kous af. Je werd verder niet betrokken bij de patiënten. Dokters kenden je niet bij naam. Je was een personeelslid, geen collega.’

Rode draad
visie fatmaFatma Aghanif: ‘Ik leek meer bandwerk te doen dan te zorgen voor mensen en dat wrong me enorm’.Dat werd vanaf dan de rode draad doorheen de jobs die Fatma in de zorgsector had. ‘Wie mijn CV bekijkt, moet denken dat ik een jobhopper ben terwijl ik nooit ergens ging werken puur voor de centen. Dat ik nu administratief werk doe voor Fedris, het federaal agentschap voor beroepsrisico’s, zegt voldoende. Ik geloof wel heel sterk in de levenswijsheid ‘love it, change it or leave it’. Ofwel doe ik mijn job graag, ofwel probeer ik een onaangename situatie te veranderen, ofwel stop ik ermee.’ En dat laatste heeft Fatma dus heel vaak gedaan.

Bandwerk
‘Wij zijn thuis met zes zussen die allen in de verpleegkunde werken en ervaren allemaal hetzelfde: kwantiteit werd belangrijker dan kwaliteit. Er is geen aandacht meer voor de mens zelf, geen ruimte meer voor een luisterend oor of bijzondere aandacht. Time is money. Ik leek meer bandwerk te doen dan te zorgen voor mensen en dat wrong me enorm. Daarvoor had ik niet gestudeerd.’ De coronacrisis gaf dan ook de spreekwoordelijke nekslag. ‘Die crisis heeft aan mij gevreten. De constante schrik om besmet te geraken, familieleden die patiënten niet mochten bezoeken, mensen die moederziel alleen stierven … neen, ik kon dat niet meer.’

Leeggezogen
Ik heb veel aan de zorgsector gegeven maar weinig teruggekregen. Ik werd leeggezogen ten koste van mijn werkvreugde en mijn gezin. Gelukkig trok ik tijdig aan de noodrem. Heel wat mensen zullen zich in deze situatie herkennen. Natuurlijk heeft niet iedereen de luxe om zo maar van job te veranderen. Rekeningen moeten betaald worden, je moet tijd hebben om te solliciteren, de arbeidsmarkt is er niet altijd naar … Toch blijf ik ervan overtuigd dat je werk je leven beter moet maken en niet ten nadele van jezelf, je collega’s, je klanten of je gezin mag zijn. En wat de zorgsector betreft: het is hoog tijd dat de mens terug op de eerste plaats wordt gezet. En dan bedoel ik zowel de patiënten als het personeel’, aldus Fatma.

65-plussers zoeken een nieuw evenwicht

Eén op de vijf ouderen worstelt met mentale problemen door ingrijpende levensgebeurtenissen. Ben* uit Bocholt is 69 jaar en zoekt sinds zijn pensioen naar een nieuw evenwicht. ‘Ik ben niet in een zwart gat gevallen, maar het is een hele aanpassing. Dat merk ik ook bij mijn leeftijdsgenoten.’

‘Voor mijn pensioen haalde ik veel voldoening uit mijn werk. Nu zoek ik dat ergens anders. Mijn hobby’s zijn gelukkig een groot hulpmiddel om me beter te voelen. Ik kan mezelf uren bezighouden met een klein werkje. Zo voel ik me nuttig en dan is het fijn om te merken dat je nog iets hebt kunnen afwerken’, vertelt Ben.

Net als andere 65-plussers heeft Ben soms schrik dat hij binnenkort zijn hobby’s niet meer kan uitoefenen. ‘Ik probeer niet te veel stil te staan bij mijn gezondheid die achteruitgaat. Aan het begin van de coronaperiode was die angst wel groter. Ik zag veel mensen rond me ziek worden. Een goede lichamelijke gezondheid is een belangrijke factor voor de mentale weerbaarheid. Toch probeer ik steeds een optimistische ingesteldheid te hebben.’

Geen taboe
‘Daarom vind ik het belangrijk dat je niet met je problemen blijft zitten. Ikzelf ben ook al naar een psycholoog geweest en dat heeft me enorm geholpen. Ik raad het iedereen aan die het nodig heeft’, geeft Ben mee.

Is het bespreken van mentale problemen dan een taboe bij ouderen? ‘Ik heb de indruk van niet. Ik merk dat mijn leeftijdsgenoten niets achterhouden voor elkaar. Ze durven te zeggen wat er op hun maag ligt of vertellen als ze zich slecht voelen. Ik verzwijg mijn bezoek naar de psycholoog ook niet. Het is geen schande’, besluit Ben.

*Omwille van de privacy wordt er een andere naam gebruikt.

Dit artikel verscheen in Visie.
Lees meer uit Visie …

Deel dit bericht:

Back To Top